Er staan veel foto's op de site en er zijn twee onderdelen: algemeen en soorten
In Nederland komen 37 soorten voor, waarvan 8 uitsluitend in tropische kassen.
Op het forum.waarneming.nl vond ik een artikeltje van David Tempelman,
die uitleg geeft over de vijf meest voorkomende soorten. Deze korte hulp zorgde ervoor dat ik een drietal soorten, die ik
op de foto had, op naam kon brengen en dan komt
natuurlijk de uitdaging om andere soorten te vinden.
Een naamlijst van de Nederlandse pissebedden door M.P Berg (Berg 1997) kun je downloaden van de website van Naturalis
pdf.
Op de website www.pissebeddenproject.nl kun je een determinatie tabel van M.P. Berg en H. Wijnhoven vinden
(Berg, M.P. & Winhoven, H. 1997) (pdf)
kelderpissebed en manca
kelderpissebedden, paring
Pissebedden zijn één van de weinige soorten kreeftachtigen die zich aan het leven op het land hebben aangepast. Ze zijn zelfs onafhankelijk van waterplassen voor het eerste levens stadium. De vrouwtjes hebben een watergevulde broedbuidel waarin het eerste stadium zich ontwikkelt.
broedbuidel, kelderpissebed, begin
broedbuidel, eind
Pasgeboren pissebedden lijken veel op de volwassen dieren, hebben echter zes paar poten en zes rugsegmenten, men noemt dit het Manca stadium. De volwassen dieren hebben zeven paar poten en zeven rugsegmenten. Na enkele vervellingen zijn de jonge dieren ook volwassen. Het vervellen en dus groeien, gaat bij de volwassen dieren door.
manca stadium
Alle pissebedden vervellen, niet in één keer zoals je van insecten kent maar in twee gedeelten. Eerst gaat de ene helft van het lichaam dan de andere helft. Soms eerst voor, soms eerst achter, zoals hier op de foto's van twee verschillende kelderpissebedden. Bij de ene ligt de oude huid er nog naast, deze is net verveld en je ziet het kleurverschil tussen voor en achterhelft van het lichaam. Bij de ander is dit kleurverschil ook te zien en bovendien is hier het achterlichaam breder dan de voorkant, als deze voorkant ook nog verveld wordt het dier weer overal even breed. Bij de onderste twee foto's zie je dat de vervellings huidjes er nog bij liggen. De pissebed waarvan de voorkant erbij ligt is nu weer overal even breed en nu dus geheel verveld. Daaronder een vervellende mospissebed, duidelijk is te zien dat het pas vervelde gedeelte nog in elkaar zit gedrukt.
vervelde Ruwe pissebed, Porcellio scaber
vervelde Kelderpissebed, Oniscus asellus
vervelde Kelderpissebed, Oniscus asellus
vervelde Kelderpissebed, Oniscus asellus
vervelde Mos pissebed, Philoscia muscorum
Verliest een pissebed een poot of antenne, dan is hij in staat deze te regenereren. Bij de volgende vervelling zie je dan een nieuwe, nog kleinere en vaak pigmentloze poot of antenne. Bij de volgende vervelling is er niets meer aan te zien.
Porcellio scaber met geregenereerde antenne
Bij alle soorten pissebedden komt een virusziekte voor die makkelijk is te herkennen. Als de ziekte op zijn hoogtepunt is kleurt de pissebed blauw of paars door reflectie van het licht op de virus kristallen. Eenmaal gekleurd is het einde van zijn leven nabij. Het is een ziekte die veel voorkomt en niet besmettelijk is voor mensen. Pissebedden die van een dood dier eten dat eraan is doodgegaan worden ook ziek. De verwekker wordt Iridovirus genoemd.
Kelderpissebed, Oniscus asellus, met iridovirus
Kelderpissebed, Oniscus asellus, met iridovirus, rechts gezond exemplaar
Ruwe pissebed, Porcellio scaber, met iridovirus
Ruwe pissebed, Porcellio scaber, met iridovirus
Vergis je niet als je een knikkertje ziet hoeft het nog geen oprolpissebed te zijn. In Nederland komt
een miljoenpoot voor die het kunstje ook beheerst.
Net als de oprolpissebed kan de zwarte kogel Glomeris marginata zich oprollen en ook als hij loopt
lijkt hij op de oprolpissebed. Het kenmerkende verschil is dat pissebedden zeven rug segmenten hebben
gevolgd door vijf staartsegmenten die plotseling veel smaller zijn dan de rugsegmenten. Bij de miljoenpoot
worden de segmenten naar achter smaller en gaan niet plotseling over in een staart. De miljoenpoot heeft, de naam
zegt het al, meer poten, per segment twee paar, de pissebedden moeten het met in totaal zeven paar poten doen.
Een paar per segment, duidelijk zichbaar bij de op de rug liggende pissebed. Er komen ook geheel bruine exemplaren
voor maar deze zijn veel zeldzamer. Het kan echter ook een pas verveld dier zijn. De jonge exemplaren zijn gevlekt.
Trap er dus niet in, die hier onder is geen pissebed maar een miljoenpoot.
zwarte kogel, Glomeris marginata
zwarte kogel, Glomeris marginata
zwarte kogel, Glomeris marginata
zwarte kogel, Glomeris marginata
zwarte kogel, Glomeris marginata
zwarte kogel, Glomeris marginata jong
zwarte kogel, Glomeris marginata, pas verveld met oude huid
Van de meeste tropische kas soorten en twee zeldzame soorten heb ik nog geen foto's, deze staan niet klikbaar in de lijst.
Hiervan zijn er veel meer soorten dan de twee vermelde.
Bij het zoeken naar hooiwagens op de Maasvlakte kijken we natuurlijk ook naar andere dieren. Zo komt Arp
de neusoproller tegen, één van de zeldzame pissebedden.
Het dier is vrij meewerkend en ik kan er redelijk makkelijk een aantal foto's van maken.
Bij deze soort is het opgeklapte neusje hèt kenmerk. Is hij opgerold dan is het kogeltje niet perfect, de antennes steken
nog naar buiten. De kleur kan variëren, zoals bij het lichte exemplaar van de laatste foto.
Neusoproller, Armadillidium nasatum
Neusoproller, Armadillidium nasatum
Neusoproller, Armadillidium nasatum
Neusoproller, Armadillidium nasatum
Neusoproller, Armadillidium nasatum
In de buurt van de steengroeve in Winterswijk, vind ik onder een stuk schors een tweetal oprolpissebedden.
Een ervan loopt erg snel en ik ben bang dat hij op de grond zal vallen voordat ik foto's heb kunnen
maken. Het valt mee, op de rand van het stuk schors blijft hij gelukkig stil zitten. Onder een stuk
schors er dichtbij zit nog een derde. Van alle exemplaren maak ik foto's en van één vermoed ik dat
het de zeldzame bosoproller Armadillidium opacum is. Alle drie zet ik op het forum van waarnemingen.nl
en krijg gelijk de enthousiaste reactie van Arp Kruithof dat het alle drie bosoprollers zijn.
Het verschil met de gewone oprolpissebed is het algemene voorkomen, ze zijn veel breder en hebben een
neusje met twee pukkeltjes er achter. Ze kunnen zich ook tot een bolletje oprollen.
Bosoproller, Armadillidium opacum
Bosoproller, Armadillidium opacum
Bosoproller, Armadillidium opacum
Bosoproller, Armadillidium opacum
Aan de foto's kun je het niet zien, maar deze pissebed wordt maar 9 mm lang. Dit is ook weer een zeldzame soort en Arp heeft er voor gezorgd dat ik er foto's van kan maken. Later ontdek ik zelf een dier onder een los stuk schors op de bodem van een bos in de Veluwe zoom. Het zijn dieren die voorkomen in oude bossen op een kalkhoudende bodem, waar ze onder de schors van dode bomen leven. Het zijn echte oprolpissebedjes die zich opgerold laten vallen als ze verstoord worden. Op de bosbodem is het erg moeilijk zo'n klein kogeltje terug te vinden. Ze zijn gebonden aan een vochtige omgeving. Het telson (het laatste stukje schild van de staart) is driehoekig en daarmee verschilt hij van de prachtoproller waar het telson veel ronder is.
Kleuroproller, Armadillidium pictum
Kleuroproller, Armadillidium pictum
Kleuroproller, Armadillidium pictum
Kleuroproller, Armadillidium pictum
Kleuroproller, Armadillidium pictum
Kleuroproller, Armadillidium pictum
Prachtoproller, Armadillidium pulchellum lijkt zeer veel op de Kleuroproller, Armadillidium pictum. Je moet echt heel goed kijken om de verschillen te zien. Hij blijft kleiner, 6 mm tegen 9 mm van de kleuroproller. De achter hoeken van het eerste lichaams segment zijn niet puntig maar afgesneden, een eigenschap waarbij je eigenlijk beide soorten naast elkaar moet zien. Een makkelijker kenmerk vind ik de vorm van het telson, het laatste driehoekige stukje schild van de staart, dat bij deze soort vrij rond is tegen echt een driehoek bij de kleuroproller. Deze soort is zeldzaam in Nederland, er zijn slechts een klein aantal vindplaatsen. Het dier van de foto's komt uit Twente, uit een natuurgebied genaamd de Wildernis in de buurt van Hengelo en is ook weer door Arp gevonden. De voorkeur plaatsen van deze pissebed zijn de drogere plaatsen, op de grond onder een stuk schors dat als een paraplu de regen heeft tegen gehouden, of onder schors van opstaande dode bomen.
Prachtoproller, Armadillidium pulchellum
Prachtoproller, Armadillidium pulchellum
Prachtoproller, Armadillidium pulchellum
Prachtoproller, Armadillidium pulchellum
Prachtoproller, Armadillidium pulchellum
De Gewone Oprolpissebed Armadillidium vulgare rolt zich bij verstoring tot een perfect knikkertje op. Opgerolde pissebedden zien eruit als een pilletje, in de Engelstalige landen noemt men ze pillbugs. Het is een goede manier van verdediging, alle uitstekende delen als poten en voelsprieten zitten netjes opgeborgen, zoals op de bovenste foto duidelijk zichtbaar is. Het is een algemene soort, bij mij in de buurt in zuid oost Drenthe op de zandgrond kom ik hem echter niet tegen.
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Gewone Oprolpissebed, Armadillidium vulgare
Eluma caelatum is een zeldzame soort die in Nederland alleen in Zeeland voorkomt. Ze leven aan de voet van de duinen en onder mossen op dijken die in de zon liggen. Het is een oprolpissebed die van de anderen is te onderscheiden doordat hij maar een ocel heeft. Verder is het dier harig wat je bij de anderen ook niet ziet. De dieren op de foto's zijn gevonden door Matty Berg, een dier die ik zelf vond was me te vlug af, zodra ze ontrollen gaan ze er met grote snelheid vandoor.
Eluma caelatum
Eluma caelatum
Eluma caelatum
Eluma caelatum
Venezillo parvus is een soort die pantropisch voorkomt. In Nederland is het een dier dat aangetroffen wordt in tropische kassen, buiten kan hij niet overleven. Het is een zeer zeldzaam dier, bekend van slechts een drietal kassen. De hier afgebeelde dieren zijn door Arp gevonden. Het is een levendig getekende soort die vrij klein is, 5 mm en een nogal afwijkend beeld aan de achterkant geeft, naast het zandloper vormige telson steekt de endopodiet als een klein sprietje naar buiten.
Venezillo parvus
Venezillo parvus
Venezillo parvus
Venezillo parvus
Venezillo parvus
Venezillo parvus, juveniel
Venezillo parvus
De havenpissebed vond ik op een dijk op de Maasvlakte tussen de stenen vrij ver van het water. Het is een jong exemplaar, dat kun je zien aan de vlekjes op het lichaam, de volwassen dieren zijn egaal van kleur, groen of bruin. De vlekken op het lichaam kunnen de dieren zelf variëren en aanpassen aan de omgeving alleen doen volwassen dieren dat veel minder. Ze zijn moeilijk met andere pissebedden te verwarren, doordat ze plat zijn. Het laatste antennedeel bestaat uit minimaal tien delen. Is een echt kustdier van harde ondergrond, dus zoeken onder stenen. De volwassen dieren komen van de oever van het Noordzeekanaal.
Havenpissebed, Ligia oceanica, juveniel
Havenpissebed, Ligia oceanica, juveniel
Havenpissebed, Ligia oceanica
Havenpissebed, Ligia oceanica
Zeer snel is de buispissebed. De eerste keer dat iemand mij hem laat zien in het veld lukt het me niet het dier te fotograferen. Van Arp Kruithof krijg ik een buisje met drie exemplaren mee voor de foto. Probleem, hoe krijg je zulke watervlugge dieren voor de lens. Het zijn dieren die in erg natte milieus leven, daarom een stukje oud schors in een diep bord met water en daar de dieren opgezet. Nu is mooi te zien dat het echte waterdieren zijn. Ze lopen van boven water zo door naar de onderkant van het schors onderwater. Zwemmen zijn ze niet goed in. Ze lopen onderwater over het schors, over de gladde bodem, het glazen bord, gaat het beduidend minder snel en ze zijn ook niet in staat van onder water tegen de rand van het bord op te klimmen. Een ander probleem is dat ze erg glimmen, samen met het wateroppervlak geeft dit storende reflecties van de flitsers. Na een groot aantal foto's heb ik een aantal waar ik tevreden mee ben en die je hier kunt zien. Opvallend is het gelede laatste antenne lid en de uitsteeksels achteraan het lichaam zijn ook heel anders dan bij de er op lijkende mospissebed. Het zijn vrij kleine dieren, ook hierin komen ze overeen met de mospissebed.
Buispissebed, Ligidium hypnorum
Buispissebed, Ligidium hypnorum
Buispissebed, Ligidium hypnorum
Buispissebed, Ligidium hypnorum
Buispissebed, Ligidium hypnorum, juveniel
De kelderpissebed (Oniscus asellus) is enigszins glimmend, glad, vaak zeer breed, met langs de randen lichte, ongeveer vierkante vlekjes, over het lichaam komen willekeurig verspreide gele vlekken voor. Nadere kenmerken zijn: het laatste gedeelte van de antenne bestaat uit drie leden en onder de ogen zitten grote naar buiten staande flappen. Jonge kelderpissebedden kunnen voor verwarring zorgen, ze zijn vrij ruw en je kunt ze voor een ruwe pissebed houden. Er zijn echter duidelijke kenmerken aan deze jonge dieren te zien. De punten aan het laatste segment van de rug bezitten oranje vlekken, het laatste antenne lid bestaat uit drie delen en de naar buiten staande flappen onder de ogen zijn wel duidelijk aanwezig.
Kelderpissebed, Oniscus asellus
Kelderpissebed, Oniscus asellus
Kelderpissebed, Oniscus asellus juveniel
Kelderpissebed, Oniscus asellus
Hieronder staan enkele afwijkende kleuren, eerst een bruinig exemplaar, dan op twee foto's een witte kelderpissebed met zwarte ogen, op de twee foto's eronder staat een albino met roodachtige ogen. Daaronder twee foto's genomen in het bos vlak bij huis van een gedeeltelijke albino met donker rode ogen en gele vlekjes op de rug. Helemaal onderaan een gedeeltelijke albino, een bonte pissebed, grijs met witte vlekken en de gele vlekken ontbreken.
Kelderpissebed, Oniscus asellus bruin
Kelderpissebed, Oniscus asellus wit
Kelderpissebed, Oniscus asellus wit
Kelderpissebed, Oniscus asellus albino
Kelderpissebed, Oniscus asellus albino
Kelderpissebed, Oniscus asellus albino
Kelderpissebed, Oniscus asellus albino
Kelderpissebed, Oniscus asellus, bont
De mospissebed (Philoscia muscorum) is sterk glimmend, met donkere middenstreep en donkere kop. De soort is extreem
snel (zit nooit binnenshuis).
Op 2 mei 2012 vind ik een albino exemplaar in het natuurgebied Metbroekbosch bij Smeerling.
Er is bij deze soort een grote variatie in kleur, zoals je op de verschillende foto's kunt zien. Een redelijk
vast kenmerk is de gelige stip achterop de donkere kop, maar dat gaat niet op voor jonge exemplaren.
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum, juveniel
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum
Mos pissebed, Philoscia muscorum, albino
Mos pissebed, Philoscia muscorum, albino
De mierenpissebed Platyarthrus hoffmannseggii is een pissebed zonder ogen, die voorkomt in mierennesten. Het is een kleine pissebed die druk met zijn voelsprieten beweegt, op de manier zoals mieren dat doen. Ze worden door de mieren ook volledig geaccepteerd. De dieren leven van afval uit het mierennest. Het is een algemeen voorkomende soort, maar ik heb hem nog niet veel gevonden. Er leeft in mierennesten ook een springstaart, deze is ook wit en blind en beweegt net als de mieren, ook dit dier wordt door de mieren met rust gelaten. Foto's en beschrijving van het springstaartje staan op de pagina van de langwerpige springstaarten. Deze dieren die samen met mieren leven worden mierengasten genoemd.
Mierenpissebed, Platyarthrus hoffmannseggii
Mierenpissebed, Platyarthrus hoffmannseggii
Mierenpissebed, Platyarthrus hoffmannseggii
Mierenpissebed, Platyarthrus hoffmannseggii
De brede pissebed, Porcellio dilatatus is een zeldzame soort met een voorkeur voor warme, stenige, grotachtige leefmilieus die in Nederland vooral voorkomt in (kelders van) gebouwen van oud metselwerk en in warme kassen, maar in Zuid-Limburg ook in natuurlijkere omstandigheden bij de ingang van mergelgrotten en langs kalkgraslanden. Ze lijken niet van moderne bouwmaterialen te houden en komen bij moderne gebouwen vrijwel niet voor. Deze soort is erg breed en grijzig roodbruin van kleur. Ze lijken op een breed uitgevallen ruwe pissebed (maar minder kleurvariabel) en qua vorm op een kelder pissebed, maar die is veel gladder en duidelijk anders gekleurd en gevlekt. Het beste kijk je ook bij deze soort naar het telson, (het achterste stukje van de staart), de punt daarvan is duidelijk stomp afgerond. Bij soorten die er op lijken is het telson spits. De laterale lobben (lappen onder de ogen) steken ver naar voren, verder dan bij de ruwe pissebed, maar vergelijkbaar met de kelderpissebed. De frontale lob ("neusje") is vergelijkbaar met de ruwe pissebed en dus weer heel anders dan bij de kelderpissebed (daar onderbroken). De hele indruk van het dier is een brede, platte pissebed zonder veel tekening.
Brede pissebed, Porcellio dilatatus
Brede pissebed, Porcellio dilatatus
Brede pissebed, Porcellio dilatatus
Brede pissebed, Porcellio dilatatus
Brede pissebed, Porcellio dilatatus
Brede pissebed, Porcellio dilatatus
Brede pissebed met twee ruwe pissebedden ter vergelijk
Echt glad is de Gladde pissebed, Porcellio laevis. Het is een zeldzame soort die voorkomt in steengroeves en op oude gebouwen op enkele plaatsen in Limburg. De soort is warmte minnend en komt verder nog in enkele kassen voor. Het dier van de foto is door Arp gevonden.
Gladde pissebed, Porcellio laevis
Gladde pissebed, Porcellio laevis
Gladde pissebed, Porcellio laevis
De ruwe pissebed (Porcellio scaber) is ook echt ruw, je kunt de knobbeltjes op de bovenkant met je vinger duidelijk voelen. Meestal is de kleur donker, soms licht. Op de foto's verschillende kleuren ruwe pissebedden. Mooi gekleurde dieren zijn vrouwtjes, de genetische informatie voor de kleur ligt op het geslachts chromosoom, gekleurde mannetjes kunnen niet voorkomen.
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebedden, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber Manca stadium
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Hieronder een aantal foto's van een dier dat ik in een natuurgebied vond. Het is een soort albino waarbij het grijze pigment ontbreekt. De ogen van dit dier zijn rood.
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Ruwe pissebed, Porcellio scaber
Porcellio spinicornis is te herkennen aan de zwarte kop en ook de staart is donkerder dan het lichaam. Over de rug lopen twee rijen gele vlekken die regelmatig zijn verdeeld. Meestal tref je ze aan op muren en gebouwen, het is een warmte minnende soort. Deze soort wordt vaak verwisseld met de mospissebed, die veel meer glimt, veel sneller is en de donkere staart mist.
Zwartkop pissebed, Porcellio spinicornis
Zwartkop pissebed, Porcellio spinicornis
Zwartkop pissebed, Porcellio spinicornis
Zwartkop pissebed, Porcellio spinicornis
Zwartkop pissebed, Porcellio spinicornis
Porcellionides pruinosus een in Nederland zeldzame soort, die erg van warmte houdt. Kenmerkend zijn de witte poten, het berijpte lichaam en de witte ringen om de antennes. Het gedrag doet wat denken aan een mospissebed, maar deze soort is nog veel vlugger. Je vindt ze in tropische kassen, op composthopen en mesthopen waar door broei warmte ontstaat.
berijpte pissebed, Porcellionides pruinosus
berijpte pissebed, Porcellionides pruinosus
berijpte pissebed, Porcellionides pruinosus
berijpte pissebed, Porcellionides pruinosus
berijpte pissebed, Porcellionides pruinosus
Stebbings pissebed, Cordioniscus stebbingi behoort tot de kassoorten en komt dus niet buiten voor. Het is een klein pissebedje ongeveer 3 mm. Met aan beide kanten een oog dat uit drie ocellen bestaat. In de kassen waar hij voorkomt kan hij in grote aantallen voorkomen. Ook dit dier werd door Arp gevonden.
Stebbings pissebed, Cordioniscus stebbingi
Stebbings pissebed, Cordioniscus stebbingi
Het vierbandje Nagurus cristatus is een pantropische soort en komt in Nederland voor in tropische kassen. Hij is bekend uit verschillende dierentuinen en kassen in het westen van het land. Het is goed mogelijk dat hij ook elders in kassen voorkomt maar niet overal wordt er op pissebedden gelet. Net als de andere kassoorten is het niet waarschijnlijk dat hij buiten kan overleven.
Vierbandje, Nagurus cristatus
Vierbandje, Nagurus cristatus
Vierbandje, Nagurus cristatus
Deze pissebed wordt tot 8.5 mm lang, is dus één van de kleinere soorten.
Ze lijken erg op een kleine ruwe pissebed, of een jonge kelderpissebed.
Het telson, het laatste stukje van de staart, is heel breed afgerond en de uropoden (de staartaanhangsels ernaast)
zijn erg kort, nauwelijks langer dan het telson. Bij veel er op lijkende soorten is het telson spits en steken
de uropoden veel verder naar achteren uit. De antennes zijn opvallend kort en stevig.
Bij gevaar kunnen ze zich oprollen tot bijna een kogeltje,
vandaar dat de aanhangsels kort moeten zijn, zo rollen ze weg bij verstoring.
Het kogeltje is niet zo perfect als bij de echte oprolpissebedden.
Ook heeft Porcellium, net als Trachelipus, pseudotracheeën (longen) op de onderkant van alle vijf achterlijfssegmenten.
In het veld kun je al deze kenmerken zonder loep slecht zien, maar de diertjes vallen toch meteen op omdat de meeste kleurvormen
enigszins licht, oranje-rood of wittig gemarmerd zijn, met een dun maar opvallend zwart randje langs de omtrek.
Alleen bij de donkerdere exemplaren is dit niet meteen opvallend.
Bij de ruwe pissebed komen ook zulke gemarmerde kleurvormen voor, maar doorgaans zonder het zwarte randje.
05-09-2013.
Samen met Arp ben ik op zoek gegaan naar de Porcellium conspersum. Het is een zeldzame soort van heel
vochtige bossen en we zoeken in een bos aan de andere kant van het kanaal dan waar hij eerder al eens is aangetroffen.
Er is de laatste weken erg weinig regen gevallen en de afvoersloot langs het bos staat dan ook droog. Op de bodem van de sloot
zoeken we tussen de vochtige oude bladeren. We vinden veel
buispissebedden, kelderpissebedden, een veenribbel, mospissebedden, maar geen kleine
gaper.
Dan gaat Arp zoeken tussen het vergane blad op de hoge rand van de sloot wal.
Dat is dus de juiste plaats, na tien minuten driftig graven heeft hij er twee gevonden. Het kanaal is het Kanaal Almelo-Nordhorn,
een niet meer door de scheepvaart gebruikt, oud kanaal met veel vegetatie en helder water.
Kleine Gaper, Porcellium conspersum
Kleine Gaper, Porcellium conspersum
Kleine Gaper, Porcellium conspersum
Kleine Gaper, Porcellium conspersum
Kleine Gaper, Porcellium conspersum
Een grote pissebed die je vaak tegenkomt op de klei is Trachelipus rathkii. Op de zandgrond in het bos bij mij in de buurt heb ik hem slechts één keer gezien. Het is geen zeldzame soort. De soort lijkt vrij veel op een ruwe pissebed maar heeft vlekjes die in rijen staan. Deze soort heeft vijf paar longen, de witte vlekjes zichtbaar achter de laatste poten, links op de eerste foto.
Kleipissebed, Trachelipus rathkii
Kleipissebed, Trachelipus rathkii
Kleipissebed, Trachelipus rathkii
Kleipissebed, Trachelipus rathkii
Van de pissebedden is dit denk ik wel de kleurrijkste, de meeste zijn grijs of bruin in allerhande gradaties, deze echt mooi helder roze/rood van kleur met op de rug achter gele strepen. De Nederlandse naam van juweeltje is dus wel goed gekozen. Het oog bestaat uit één ocel. Het is een kleine pissebed, ongeveer 6 mm en hij is zeldzaam. Arp Kruithof had hem al eens eerder in Maastricht gevonden en daar zat hij nog toen we er 09-08-2013 naar gingen zoeken. In de vochtige klei aan de voet van een oude verdedigingsmuur van de stad.
Juweeltje, Androniscus dentiger
Juweeltje, Androniscus dentiger
Juweeltje, Androniscus dentiger
Juweeltje, Androniscus dentiger
De Veenribbel Haplophthalmus danicus is een kleine pissebed, tot ruim 4 mm. Deze veenribbel zat onder een stuk
erg nat schors dat naast de brandhoutstapel op de grond lag.
Determinatie kenmerken door Matty Berg:
Op het derde segment van de laatste vijf lichaamssegmenten, het staartstuk of pleon, is aan de bovenkant geen knobbeltje zichtbaar.
Dat is wel het geval bij H. mengii en H. montivagus. Verder maar 1 donkere ocel en de knobbeltjes op het lichaam
zijn in de lengte gerangschikt.
Veenribbel, Haplophthalmus danicus
Veenribbel, Haplophthalmus danicus
Veenribbel, Haplophthalmus danicus
De kleiribbel, Haplophthalmus mengei is iets kleiner dan de veenribbel, wordt tot 4 mm. Het is een dier dat zoals de naam al zegt op de klei gevonden kan worden. Onder een diep in de bodem liggende dijksteen zat dit dier in de Groninger klei. Ze zijn ook te vinden in rivierklei. Het grote verschil met de veenribbel zijn de twee knobbels op het derde segment van het staartstuk (pleon). Op de rug segmenten zitten duidelijk lengte ribbels, de veenribbel heeft rijen knobbeltjes.
Kleiribbel, Haplophthalmus mengei
Kleiribbel, Haplophthalmus mengei
Kleiribbel, Haplophthalmus mengei
De kalkribbel Haplophthalmus montivagus is niet te onderscheiden van de kleiribbel Haplophthalmus mengei vanaf een foto, je moet hiervoor de mannelijke genitalien bekijken. De bijgaande foto is gemaakt aan de oever van de Maas in Eijsden de enige plaats in Nederland waar hij is aangetoond.
Kalkribbel, Haplophthalmus montivagus
Een klein roodachtig pissebedje is de oeverpissebed, Hyloniscus riparius. Bij dit diertje bestaat het oog niet uit drie maar uit één enkele ocel. De soort tref ik aan in Zuid Limburg op de Sint Pietersberg in Maastricht.
oeverpissebed, Hyloniscus riparius
oeverpissebed, Hyloniscus riparius
oeverpissebed, Hyloniscus riparius
Metatrichoniscoides leydigii, het blinde pissebedje heeft geen ogen en is helemaal wit. Het lichaam is ruw, er zitten pukkeltjes op de rug. Op de foto zie je een donkere lijn in het midden op de rug, dat is de darm die doorschemert.
Blind Pissebedje, Metatrichoniscoides leydigii
Blind Pissebedje, Metatrichoniscoides leydigii
Blind Pissebedje, Metatrichoniscoides leydigii
Het Zwartoogje, Miktoniscus patiencei is een zeer kleine pissebed. Het dier op de foto's werd gevonden door Matty Berg op een diepte van ongeveer 1 meter onder grote stenen. De soort is zeldzaam en komt in Nederland alleen voor langs de Noordzee kust van Zeeuws Vlaanderen en langs de zuidkust van Walcheren en Zuid-Beveland aan de Westerschelde. Het dier is helemaal wit met één enkele zwarte ocel. De donkere streep op het lichaam is het darmkanaal, de kleur kan variëren afhankelijk van het opgenomen voedsel. De puntjes op het lichaam staan niet op rijen zoals bij de Haplophthalmus soorten.
Zwartoogje, Miktoniscus patiencei
Zwartoogje, Miktoniscus patiencei
Zwartoogje, Miktoniscus patiencei
Een klein pissebedje dat doet denken aan het paarse drieoogje maar minder glad is en iets groter. Dat is het wijnrood pissebedje, Trichoniscoides albidus. Een ander verschil is, dat deze soort maar één grote ocel heeft en het drieoogje, de naam zegt het al, heeft er drie. De wijnrode komt voornamelijk voor op de klei in de kustgebieden en langs de grote rivieren. Het exemplaar op de bovenste foto's vond ik in het natuurgebied de Blauwe Kamer in de buurt van Rhenen. De onderste twee foto's zijn in Termunten gemaakt. Het dier is niet zeldzaam in Nederland maar wordt weinig gezien. Deze soort is erg klein, tot slechts 4 mm lang.
Wijnrood pissebedje, Trichoniscoides albidus
Wijnrood pissebedje, Trichoniscoides albidus
Wijnrood pissebedje, Trichoniscoides albidus
Wijnrood pissebedje, Trichoniscoides albidus
Het Rivierkleipissebedje, Trichoniscoides helveticus is klein, tot 3.8 mm. Dieren van deze soort hebben een oranje kleur over het lichaam die kan variëren van nauwelijks aanwezig tot geheel oranje. Deze soort is aan de buitenkant niet te onderscheiden van het Zeekleipissebedje, Trichoniscoides sarsi maar men neemt aan dat dieren gevonden op zeeklei T.sarsi zijn en dieren van rivierklei gebieden zijn T. helveticus. Het dier van de foto's komt uit de Ooijpolder en is dus op rivierklei gevonden. De rug is ruw doordat er pukkeltjes op zitten, het oog bestaat uit één ocel die rood gekleurd is. Zie ook het Zeekleipissebedje.
Rivierkleipissebedje, Trichoniscoides helveticus
Rivierkleipissebedje, Trichoniscoides helveticus
Voor beschrijving zie Rivierkleipissebedje, de soort is daarvan niet te onderscheiden op een foto. De dieren van de foto's zijn gevonden in de wal van een sloot bij het Noordzeekanaal en bij de Dollarddijk, zeeklei dus.
Zeekleipissebedje, Trichoniscoides sarsi
Zeekleipissebedje, Trichoniscoides sarsi
Trichoniscus, vroeg manca stadium
Trichoniscus, vroeg manca stadium
Trichoniscus, manca stadium
Trichoniscus pusillus/provisorius
Trichoniscus pusillus/provisorius
Het paarse drieoogje valt niet erg op, hij is klein, paarsachtig bruin van kleur en zit op vochtige plaatsen onder takken en stenen. Er zijn twee soorten paarse drieoogjes, Trichoniscus pusillus en T. provisorius. Helaas zijn deze twee soorten alleen op basis van mannelijke voortplantingsorganen te onderscheiden.
Paars drieoogje, Trichoniscus pusillus/provisorius
Er is nog een drieoogje, het Wit Drieoogje Trichoniscus pygmaeus deze is klein, 2,5 mm. Het dier op de foto's is door Matty Berg gevonden in Zaandijk tijdens een excursie, ik kreeg zo de mogelijkheid er foto's van te maken. De dieren zijn klein en wit met een beetje roze zweem en gelige streepjes op de rug. Er zitten pukkeltjes op de rug van het dier zodat ze er niet glad uitzien en er is altijd wel iets van kleur aanwezig, soms veel, nooit helemaal wit.
Wit drieoogje, Trichoniscus pygmaeus
Wit drieoogje, Trichoniscus pygmaeus
Wit drieoogje, Trichoniscus pygmaeus
In het zoete water komen in Nederland meerdere zoetwaterpissebedden voor. De gewone zoetwaterpissebed Asellus aquaticus is zeer algemeen en komt ook voor in onze vijvers. Deze soort kun je herkennen aan de twee lichte vlekken achter de kop, de andere soorten hebben daar één grote vlek.
Gewone zoetwaterpissebed, Asellus aquaticus
Gewone zoetwaterpissebed, Asellus aquaticus
Gewone zoetwaterpissebed, Asellus aquaticus
In het zoute en brakke water komen in Nederland een tiental soorten pissebedden voor. De Oproller Lekanesphaera rugicauda kun je onder stenen vinden die in het water liggen. Hij komt zowel in zeewater als in brak water voor. Dit exemplaar vond ik aan de oever van de Westerschelde. (Determinatie: Matty Berg)
Oproller, Lekanesphaera rugicauda
Oproller, Lekanesphaera rugicauda
Oproller, Lekanesphaera rugicauda
Oproller, Lekanesphaera rugicauda
Een website met veel informatie over pissebedden:
pissebeddenproject.
Voor aanvullende informatie op het gebied van indeling, oorsprong en levenswijze zie:
Wikipedia.
Om pissebedden in het veld te determineren is door de Jeugdbondsuitgeverij een veldgids uitgegeven. ISBN 978-90-5107-056-9
Graag wil ik Arp Kruithof en Matty Berg bedanken voor het vinden van dieren en het delen van kennis van de isopoda.